Hoe 3 jongemannen in Boortmeerbeek de enige poging ondernamen om een Jodendeportatie naar Auschwitz tegen te houden
19 april 1943, drie jongemannen houden een deportatietrein onderweg naar het concentratiekamp van Auschwitz tegen in Boortmeerbeek. Ze gebruiken enkel een pistool, een paar tangen en een rode lamp om 17 gedeporteerden te redden. In geen enkel ander land werd een poging ondernomen om een deportatietrein tegen te houden.
De reddingsoperatie van de deportatietrein wordt gezien als een unieke actie in de geschiedenis van de Holocaust. In geen enkel ander land vond een dergelijke reddingspoging plaats. In Boortmeerbeek, tussen Mechelen en Leuven, ontsnappen die dag 17 mensen, die vervolgens gevlucht zijn naar Haacht. Nadien springen er nog meer dan 200 mensen uit de rijdende trein.
"De trein gaat te snel", zijn de laatste woorden die ik gehoord heb van mijn moeder.
Simon Gronowski is 11 jaar wanneer zijn moeder hem helpt ontsnappen uit het konvooi. Hij is de jongste persoon die op die dag kan vluchten. Zijn moeder laat hij daarbij achter op de trein. In de documentaire "Oorlogskinderen" uit 2012 van Marianne Soetewey doet Simon Gronowski, nu 86, zijn volledige verhaal. Hierboven ziet u een kort fragment van de documentaire.
Trein van Mechelen naar Leuven
Het treinkonvooi vertrekt met 1.636 personen uit de Mechelse kazerne Dossin, de voormalige legerkazerne die gebruikt werd door de Duitse bezetter als doorgangskamp om Joden te transporteren. De eindbestemming van de trein is op dat moment nog niet bekend bij alle gedeporteerden.
Tussen Boortmeerbeek en Haacht laat machinist Albert Dumon de trein stoppen voor een rode signaallamp. Deze lamp is eerder op de dag aangestoken door Robert Maistreau, toen 22 jaar, en langs de kant van de spoorweg geplaatst. Maistreau bedacht het plan om de gedeporteerden te bevrijden samen met zijn vrienden Youra Livchitz (25), een joodse arts, en Jean Franklemon (25).
Gewapend met enkele tangen en een pistool maken ze een beveiligde wagon open. Bij deze actie kunnen 17 mensen ontsnappen. Ondertussen neemt Livchitz de Duitse treinbewakers onder vuur. Een tweede en een derde wagon krijgen de drie mannen niet open en ze moeten vluchten voor de Duitse overmacht.

Het verhaal van het twintigste treinkonvooi stopt niet in Boortmeerbeek. Aan boord van de trein zitten enkele joodse dwangarbeiders van de Duitse bouwmaatschappij Organisation Todt. Zij weten dat er iets te gebeuren staat en hebben op hun beurt zagen, vijlen en tangen verstopt in de wagons om de deuren open te breken.
Na de stop in Boortmeerbeek rijdt de trein opnieuw verder richting Auschwitz. Maar nog voor de trein de grens met Duitsland bereikt heeft, springen er nog eens 214 gedeporteerden uit. Van hen worden 26 personen gedood tijdens de ontsnapping en worden 90 opnieuw gevangen genomen.

Herdenking in Boortmeerbeek
Michel Laub, de secretaris-generaal van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België roept de leden van de Joodse gemeenschap in ons land op om de herdenking bij te wonen, die plaatsvindt aan het gemeentehuis van Boortmeerbeek op zondag 22 april om 10.30 uur.