Vlaamse topwetenschappers blikken vooruit: "Over 10 jaar doen we thuis meting waar je nu nog bloedprik voor nodig hebt"
Smartphones, smartwatches, tablets of wearables zijn niet meer weg te denken uit ons leven. Toch laten we volgens cardioloog Pieter Vandervoort heel wat mogelijkheden van deze toestellen volledig links liggen. Vooral diegene die onze gezondheid kunnen verbeteren. Tegen 2030 wil hij ze daarom veel meer in onze gezondheidszorg zien opduiken, zodat patiënten met hartritmestoornissen, risicozwangerschappen of slaapproblemen beter en sneller geholpen kunnen worden.
VRT NWS laat in deze reeks 7 Vlaamse topwetenschappers in de toekomst kijken. Aan welk baanbrekend onderzoek werken ze en hoe zullen zij ons leven de komende tien jaar veranderen? Volg het hier, een hele week lang.
België is het land van de wielertoeristen. Van zichzelf respecterende fietsers wordt dan ook verwacht dat ze na een ritje de data van hun hartslagmeter en fietscomputer delen met vrienden en familie. Aantal gereden kilometers, snelheid, gemiddelde en maximale hartslag, hoogtemeters... noem maar op.
Tot zo’n fietser met een hartprobleem denkt te zitten. "Dan komen ze naar het ziekenhuis, waar we hun hart voor een heel korte periode monitoren. Vaak duiken de problemen net dan niet op natuurlijk", weet professor Vandervoort uit ervaring. "Hoe mooi zou het zijn als we zo iemand verschillende dagen aan een stuk vanop afstand kunnen volgen, om zo te zien waar het probleem juist zit."
Onze app werkt even goed als de huidige toestellen waarmee hartritmestoornissen worden vastgesteld
Met de huidige apps die wielertoeristen gebruiken kan dat helaas niet, omdat die niet aan de hoge standaarden voldoen om ze binnen de gezondheidszorg te mogen gebruiken. "Die apps zijn nooit vergeleken met de toestellen die artsen nu gebruiken om het hart te onderzoeken. We weten dus nooit zeker of de data wel helemaal kloppen, en we kunnen er dan ook geen medische conclusies uit trekken."
In deze video legt Pieter Vandervoort uit waarom hij pleit voor betrouwbare gezondheidsapps en wearables in ons leven:
(lees verder onder de video)

Hartslag meten via je smartphone
Pieter Vandervoort is als cardioloog verbonden aan de Universiteit Hasselt en het Ziekenhuis Oost-Limburg in Genk. Daar worden nu al zo’n 1.500 hartpatiënten op afstand gevolgd. Om ons te demonstreren hoe dat precies werkt, haalt Vandervoort – wat had u gedacht – zijn smartphone boven. Hij opent de app FibriCheck, die door zijn team werd ontwikkeld en die even eenvoudig als geniaal is.
"Je legt simpelweg je vingertop tegen de lens van het fototoestel van je smartphone. Door de kleine kleurverandering die optreedt telkens als er bloed door de vinger gepompt wordt, kan de app je hartslag en hartritme meten. Het grote voordeel is dat zo goed als iedereen een smartphone in huis heeft en dat er geen extra materiaal moet aangekocht worden."
Voor wie denkt dat dit een zoveelste speeltje is: de app kreeg in 2018 de goedkeuring van de Amerikaanse Food and Drug Administration (de overheidsinstelling die de kwaliteit van voeding en medicijnen controleert, red.), en was daarmee de allereerste medische smartphone applicatie voor hartritmestoornissen die officieel werd goedkgekeurd. "De app werkt dus minstens even goed als de huidige manieren waarmee hartritmestoornissen worden vastgesteld", zegt Vandervoort.
"Een bijkomend verschil met de gezondheidsapps die iedereen gratis kan downloaden op zijn telefoon, is dat wij als arts de app aanbevelen om een specifiek gezondheidsprobleem op te lossen. Niet meten om te meten dus. We volgen de data die binnenkomen ook dagelijks heel nauwgezet op in het ziekenhuis en bellen de patiënten wanneer we een vreemd patroon zien."
Er worden momenteel volop nieuwe sensoren ontwikkeld, die gewoon door onze huid heen zullen kunnen kijken
Daarmee speelt het ziekenhuis een absolute voortrekkersrol in Vlaanderen. Op die manier hoopt Vandervoort dan ook zijn patiënten stukken beter te kunnen helpen. "Soms voelen mensen zich niet serieus genomen door de arts als een hartprobleem niet aanwezig is op het moment van de consultatie. Met een monitoring op afstand kunnen we daar iets aan veranderen. Ook patiënten met een gekend hartprobleem kunnen we zo veel beter opvolgen."
"Door hen tijdig te verwittigen als we iets abnormaal zien, hopen we dat er veel minder mensen laattijdig op spoed belanden. Ten slotte kunnen we ook het effect van medicijnen die we voorschrijven veel beter in de gaten houden."
Slaaplab bij je thuis
Als cardioloog is Vandervoort natuurlijk in eerste instantie begaan met ons hart, maar ook andere toepassingen ondersteunt hij met veel passie en goesting. Voor zwangere vrouwen bijvoorbeeld, die een hoger risico lopen op zwangerschapsvergifting als hun gewicht en bloeddruk plots stijgen."
"Als die vrouwen zich elke dag thuis wegen op een weegschaal die ons de data doorstuurt, en als ze zelf hun bloeddruk meten met een toestel dat de waarden automatisch naar ons stuurt, dan kunnen we veel korter op de bal spelen dan wanneer ze om de paar weken naar de gynaecoloog gaan", zegt Vandervoort.
Maar ook onze slaap ligt hem na aan het hart. "We ondersteunen momenteel mee de ontwikkeling van een toestel dat tijdens de slaap gewoon rond de vinger kan worden gebonden. De data zijn identiek aan diegene die in een gespecialiseerd slaaplaboratorium worden verzameld. Met dat grote verschil dat de patiënt thuis kan slapen, in zijn natuurlijke omgeving en zonder heel wat draden aan zijn lijf."
Met sensoren door de huid kijken
Op onze vraag hoe hij dit alles tegen 2030 ziet evolueren, antwoordt Vandervoort met een quote van Bill Gates. "We hebben de neiging om de vooruitgang de komende 3 à 5 jaar te overschatten, terwijl we de mogelijkheden op een periode van 10 jaar vaak onderschatten. Het beste bewijs: als jullie mij tien jaar geleden hadden geïnterviewd, had ik nooit kunnen vermoeden dat we vandaag al dit soort dingen zouden doen. Vergeet niet dat de smartphone pas zo’n 10 jaar geleden het levenslicht zag."
"Ik weet dus zelf ook niet waar dit naartoe gaat, maar ik zie ons over 10 jaar wel gewoon thuis metingen doen waar nu nog een bloedprik van de arts voor nodig is. Denk aan het meten van cholesterol, nierfunctie, verschillende stoffen in het bloed, enzovoort. Daarvoor worden momenteel volop nieuwe sensoren ontwikkeld, die gewoon door onze huid heen zullen kunnen kijken."
Maar voor we zo ver zijn, moeten volgens Vandervoort vooral artsen nog van de mogelijkheden overtuigd worden. "Er is nu een zekere terughoudenheid, omdat velen gewoon niet vertrouwd zijn met de mogelijkheden. Of ze denken dat de data niet betrouwbaar zijn. Daarom moeten we echt volop werk maken van toepassingen die de nodige certificaten kunnen binnenhalen, doordat ze in verschillende studies evenwaardig bevonden zijn aan de huidige medische technologieën. Maar we hebben de digitale tijden aan onze kant."
"Mijn grootste drijfveer is dan ook om de technologie die ons leven zo aangenaam heeft gemaakt te gebruiken om in de toekomst medische problemen op te lossen."
Morgen blikt professor Björn Heindryckx vooruit naar nieuwe behandelingen tegen onvruchtbaarheid. Hoe zullen onvruchtbare koppels tegen 2030 toch eigen kinderen kunnen krijgen?