Het is gebeurd: met 9 jaar vertraging (en een meerprijs van 6 miljard euro) heeft Berlijn een nieuwe luchthaven
Groot, blinkend, veel houtwerk en toch ook weer een beetje gedateerd. De 'Flughafen Berlin-Brandenburg Willy Brandt' ziet er nieuw, maar nu ook weer niet splinternieuw uit. In november 2011 hadden we voor het eerst op 'Willy Brandt' moeten landen. Maar een niet te overziene lijst van problemen heeft er uiteindelijk vandaag, 31 oktober 2020, van gemaakt. En dat in het land van de 'gründlichkeit'. Al was nét dat soms het probleem.
Het was een bijzonder gevoel, toen ik vanmorgen uit de S 45-trein stapte in het nieuwe station 'BER T1 & 2'. Hoewel we eigenlijk amper "nieuw" mogen zeggen: het station is al jaren klaar, maar pas sinds deze week stoppen er treinen. Een lange roltrap leidt mij de nieuwe luchthaven in. Hier en daar hangt nog kleefband aan het plafond. Een vergetelheid na 14 jaar zwoegen. Wat mij opvalt: de weidsheid en het vele licht. Al kan het ook aan de leegte liggen. En het grijze. Al ligt dat dan waarschijnlijk meer aan het typisch Berlijnse herfstklimaat, de mix van motregen en mist. In de grote nog lege hal zijn een paar winkeltjes zich aan het bevoorraden. Want straks is het hier echt zo ver. Dan vertrekken de eerste vluchten van BER T1. Ze staan al te blinken op het vertrekbord.
(lees verder onder de foto)
Een aantal Berlijners en inwoners van de Brandenburgse rand rond Berlijn, komen kijken. Ze vinden het - in typische Berlijnse licht arrogante onverschilligheid - "modern, proper, groot of gewoon." Een oudere dame is wel heel tevreden: "Goed dat de stad dit krijgt. Het is nodig voor de uitstraling". Een jongeman vindt het wel mooi, maar "voor mij was het goed zoals het ervoor was."
Het is iets over 14 uur als twee vliegtuigen, eerst één van Easyjet en dan één van Lufthansa, landen op de nieuwe landingsbanen van BER. Eigenlijk hadden ze allebei tegelijkertijd moeten landen, op twee verschillende banen. Maar het weer liet geen simultaanlanding toe. Aan boord enkel wat belangrijke mensen, zoals de CEO ’s van de beide maatschappijen. "Blij dat we hier vandaag mogen zijn, met een beetje vertraging", klonk het bij Lufthansa-baas Carsten Spohr met een kwinkslag. Ze worden opgewacht door de ministers-presidenten van de deelstaten Berlijn en Brandenburg, de federale minister van Verkeer, Andreas Scheuer (CSU) en de CEO van de luchthaven, Engelbert Daldrup. Ook hij is duidelijk opgelucht: "Eindelijk kunnen we onze luchthaven gebruiken. Eindelijk", klinkt het.
(lees verder onder de foto)
Geen groot feest, geen galareceptie, geen overrompeling, maar een eerder lege luchthaven. Ook in Duitsland is er corona. Al zijn de cijfers hier nog tien keer beter dan in ons land, de maatregelen zijn ook streng en worden maandag nog strenger. Niet alleen het openingsfeest verloopt daardoor in mineur, maar de eerste maanden zal de luchthaven in het geheel maar een schim zijn van wat het had moeten worden, door een gebrek aan reizigers en vluchten. Daardoor zal alleen Terminal 1 voorlopig in gebruik gaan en zal Terminal 2 moeten wachten tot het vaccin er is. Het is de bodem van de kelk, voor de “Pannenflughafen”. Dat de luchthaven moet openen in tijden dat het vliegverkeer aan de grond zit, is een pijnlijke symbolische toevalstreffer.
Bovendien vindt niet iedereen het vandaag een heugelijke dag: honderden taxichauffeurs protesteren tegen het feit dat niet iedereen een vergunning krijgt om klanten op te halen en ook klimaatactivisten betogen hier vandaag, omdat ze vinden dat het onverantwoord is om in deze tijden nog een luchthaven te openen.
(lees verder onder de foto)
Te veel flaters, te veel geld, te veel ambitie
Het plan ontstond al in de jaren 90, vlak na de eenmaking van Duitsland. Reizen naar Berlijn, betekende met het vliegtuig een trip terug in de tijd. In plaats van één grote moderne luchthaven, vloog je ofwel naar het legendarische Tempelhof, de oude DDR-luchthaven Schönefeld of naar Tegel, de kleine zeshoekvormige "hoofdluchthaven" van West-Berlijn die deze week sluit. Een nieuwe luchthaven op de terreinen van Schönefeld (het verst van de stad) moest de drie oude vervangen. Oorspronkelijk tegen 2011. De nieuwe luchthaven zou vernoemd worden naar Willy Brandt, oud-burgemeester van Berlijn en gewezen Duits bondskanselier.
(lees verder onder de foto)
Zowat alles liep verkeerd bij de bouw van de nieuwe luchthaven. Het leek een zeer on-Duits verhaal. Er waren deuren die niet open gingen of niet sloten, een rookafzuigsysteem dat niets afzoog, aircoplannen die niet meer te vinden waren, tot tientallen kilometers kabel die niet lagen waar ze moesten liggen of sproei-installaties die te pas en vooral ten onpas begonnen te druppelen. Ook de software die een moderne luchthaven nodig heeft, deed het niet.
(lees verder onder de foto)
Daarnaast ging er ook nog een aannemer failliet en bleef ook de relatie met de buurt moeilijk. De nieuwe luchthaven ligt eigenlijk op de terreinen van de oude luchthaven Schönefeld (de oude luchthaven van de DDR), een buurt die al wat vluchten te verwerken krijgt. Door de nieuwe luchthaven, zou dat veel meer worden en dat zagen ze in Schönefeld niet zitten.
En ook de kosten swingen de pan uit. Oorspronkelijk werd de bouw van de luchthaven begroot op zo’n 1 a 2 miljard euro. Het zal uiteindelijk zo’n 6 miljard euro meer worden. Zo moesten er tientallen miljoenen geïnvesteerd worden in het onderhoud van installaties die niet werkten.
(lees verder onder de foto)
Het dossier kostte verschillende politici het hoofd. Onder meer de populaire Berlijnse burgemeester Wowereit - de bedenker van de slogan “Berlin: arm aber sexy” - moest in 2014 vertrekken omdat het luchthavendossier de stad net iets te arm maakte. Op een bepaald moment werd zelfs geopperd om de luchthaven gewoon af te breken, nog voor ze ooit openging. Maar de laatste jaren kwam het goed.
Dat zoiets net in Duitsland gebeurt, kan ons vreemd lijken, maar dat is niet zo verwonderlijk. Net de Duitse “gründlichkeit” maakt dat alles zeer lang duurt. Duitsers willen niet zomaar een luchthaven bouwen, maar wel een zeer goede, veilige, mooie luchthaven, die voldoet aan de eigen heel strenge normen. Bovendien is protesteren tegen openbare werken bijna een Duitse nationale sport. Of het nu gaat over de aanleg van een snelweg, een concertzaal, een nieuw station of een luchthaven: het duurt in Duitsland allemaal heel erg lang. Eén van de redenen is vaak dat er ook voldoende geld voorhanden is. Zo is Terminal 2 van de Berlijnse luchthaven veel sneller gebouwd, omdat het plots snel moest gaan. Het is een eenvoudiger bouwwerk geworden dat er in twee jaar stond.
(lees verder onder de kaart.)
Bye Bye Tegel, tegen referendum in
Met de opening van BER sluit ook Tegel. In een referendum -drie jaar geleden- stemde nochtans een nipte meerderheid van de Berlijners voor het open houden van de stadsluchthaven. Tegel biedt immers een aantal voordelen: je bent heel snel in het centrum (al moet je daarvoor een stampvolle bus nemen, als je de taxi’s links laat liggen) en je kan er vrij snel inchecken. Anderzijds ligt de luchthaven in de stad, hebben heel wat mensen last van het lawaai en is Tegel ook eindeloos verouderd en uit zijn voegen gebarsten. Ook de voorzieningen waren niet echt meer wat je van de luchthaven van de hoofdstad van de belangrijkste economie van Europa zou verwachten. Het contrast met andere Duitse luchthavens, als Frankfurt en München, was enorm.
De luchthaven van Schönefeld – van voorzieningen nog net iets slechter dan Tegel – krijgt een tweede opgefriste leven: als Terminal 5 van de nieuwe luchthaven, in het bijzonder voor de lagekostenmaatschappijen.