Een Carcharodontosaurus groeide langzamer dan een T-rex, maar bleef wel veel langer groter worden.

Grote vleesetende dino's hadden verschillende groeistrategieën om hun gigantische omvang te bereiken

Nieuw onderzoek op basis van fossiele beenderen heeft aangetoond dat grote vleesetende dinosauriërs verschillende groeistrategieën hadden. Sommige groeiden een heel lange periode langzaam maar zeker, terwijl andere een intense groeispurt beleefden tijdens hun 'adolescentie'. 

De studie, die is verschenen in Proceedings of the Royal Society B, leert ons meer over het leven van de giganten, wellicht de meest schrikwekkende roofdieren die ooit op aarde rondliepen. Voor hun onderzoek analyseerden de wetenschappers - eenvoudig gezegd - schijfjes van oude beenderen en bekeken vervolgens de jaarlijkse groeiringen zoals bij bomen. 

Hoofdauteur Tom Cullen, verbonden aan het Chicago Field Museum legt uit: "De meeste dieren hebben een periode tijdens het jaar waarin ze even stoppen met groeien, wellicht tijdens winters wanneer voedsel schaarser is. Dat uit zich in de beenderen in de vorm van lijnen, zoals de jaarringen van een boom."  

De onderzoekers legden beenderen van elf theropoden onder loep, waartoe onder meer de grote vleesetende dino's behoren - denk aan de Tyrannosaurus rex. Vooral beenderen die een zwaar gewicht moesten torsen, zoals dijbenen, waren daarbij heel nuttig, stellen de onderzoekers: "Die bevatten veel informatie over het groeiproces, terwijl delen van het skelet die geen gewicht moesten torsen veel minder nuttig zijn in dat opzicht."

Vooral de beenderen die het zwaar gewicht moesten torsen, bleken nuttig

Het dijbeen van Sue

Onderzoekers bogen zich over stalen uit musea van in Argentinië, China, Canada en de VS. Ze kregen zelfs de toestemming om in beenderen te boren van een 's werelds meest bekende dino's: Sue, een T-rex uit het Field Museum in Chicago. Daar gingen ze aan de slag met o.a. een speciale slijpzaag om het femur (dijbeen) en fibula (kuitbeen) van Sue te analyseren. 

Daarbij is bevestigd dat de T-rex-familie heel snel groeide tijdens de adolescentie, om ongeveer de volledige grootte te bereiken rond 20 jaar. Een beetje zoals bij de mens dus, maar op een ander niveau uiteraard: in die tienerjaren kon er rond 20 kilogram per week bijkomen. 

"Het aantal calorieën dat een T-rex (foto onder) nodig had voor die groei, moet belachelijk hoog geweest zijn", zei Cullen, paleontoloog en postdoctoraal onderzoeker aan het North Carolina Museum of Natural Sciences, aan CNN.  

Sue zelf werd ruim 12 meter lang, maar zou slechts (ongeveer) 30 jaar zijn geworden. Ze leefde in het huidige South Dakota, een staat in het noorden van de Verenigde Staten. Zij was wel één van de grotere exemplaren van haar soort.

De T-rex kon tot 20 kilogram per week bijkomen. Daarvoor moet een belachelijk aantal calorieën nodig zijn geweest

Een T-rex had het natuurlijke voordeel dat hij een groeisprint kende - al waren daar ook nadelen aan verbonden.

Argentijnse dino deed het anders

Het nieuwe aan deze studie gaat over het verschil met andere soorten. Dino's die behoren tot andere groepen van grote theropoden zouden dan weer meer geleidelijk aan zijn gegroeid, maar wel met een langer uitgesponnen groeiproces. Het gaat dan bijvoorbeeld om de Allosaurus en Acrocanthosaurus uit Noord-Amerika en een vrij recent ontdekte dinosauriër uit Argentinië die vergelijkbaar zou zijn met T-rex qua grootte. 

De Argentijnse dino, die uit een familie van carcharodontosauri (foto onder) kwam, zou pas voorbij of rond 40 jaar zijn volwassen grootte bereikt hebben, terwijl hij maar 50 jaar of ouder werd. Ondanks de oudere leeftijd, bleven de dieren op die manier vaak groeien tot kort voor hun dood. 

Andere theropoden dan de T-rex blijven tot op late leeftijd groeien, soms tot enkele jaren voor hun (normale) eindleeftijd

"Voor onze studie was het al bekend dat T-rex-dino's heel snel groeiden, maar het was niet duidelijk of alle theropoden op dezelfde of eventueel een andere manier zo groot werden", vertelt Tom Cullen. "De groeisnelheid verschilt van soort tot soort, je kan er niet één lijn in trekken."

Het voordeel van een groeispurt zoals bij T-rex, is dat het dier snel(ler) anderen de baas kon. Snel groot en sterk worden, was ideaal voor bloeddorstige roofdieren tijdens de jacht. Anderzijds moesten zij zich ook sneller leren aanpassen aan hun grootte. 

Theropode dinosauriërs zijn de grootste dieren op twee poten die ooit op aarde rondliepen, zo nemen wetenschappers aan, en ze bleven 150 miljoen jaar lang dominante roofdieren op het land. Ongeveer 65 miljoen jaar geleden maakte een meteorietinslag een definitief einde aan hun dominantie. 

Paleontoloog Tom Cullen snijdt met een diamantzaag een klein stukje uit het dijbeen van T-rex Sue.
© David Evans
Carcharodontosaurus bleef erg lang traag groeien.

Meest gelezen