Hoe de ontploffing van een atoombom exact 75 jaar geleden de naam Bikini onsterfelijk maakte
Exact 75 jaar geleden, op 1 juli 1946, werd op het atol Bikini in de Stille Oceaan onder grote belangstelling een atoombom tot ontploffing gebracht als militaire test. Later die maand volgde een tweede proef. Het maakte de naam Bikini onsterfelijk, ook al zat de lancering van het kledingstuk, en waarvan de naam geïnspireerd was door de kernproeven, daar ook voor iets tussen.
In juli 1946 ontploften nabij het atol Bikini in de Stille Oceaan twee atoombommen. Het waren de eerste atoomexplosies sinds augustus 1945, toen op het einde van de Tweede Wereldoorlog de Japanse steden Hiroshima en Nagasaki door atoombommen waren verwoest. Nog iets eerder, op 16 juli 1945, had de allereerste atoomexplosie in een woestijn van New Mexico plaatsgevonden. Ook dat was een proefexplosie geweest, maar in het grootste geheim, even geheim als het bestaan van de atoombom zelf.
De proeven van Bikini, een jaar later, waren de eerste die in het openbaar gebeurden en op voorhand werden aangekondigd. De pers werd zelfs massaal uitgenodigd.
Op het moment dat de oorlog begin september 1945 eindigde, hadden de Amerikanen geen atoombommen meer, maar er waren er nog enkele in productie, die kort daarop werden afgewerkt. De Amerikaanse marine stelde toen voor om die ongebruikte atoombommen bij wijze van test te laten ontploffen op zee. Ze wilden weten wat de gevolgen voor schepen zouden zijn. Heel wat oorlogsschepen werden door de vrede overbodig, en die konden zonder probleem voor de test worden opgeofferd.
De Amerikaanse president Harry Truman gaf begin 1946 toestemming voor de proeven, die werden aangeduid als operatie “Crossroads”. De naam betekent “kruispunt”, want de Verenigde Staten stonden inderdaad op een kruispunt voor een toekomstig gebruik van kernwapens.
Het enorme, ultrageheime Manhattan Project, dat de eerste atoombommen had gemaakt, was voorbij. De topwetenschappers die eraan hadden meegewerkt wilden hun normale job aan de universiteit hervatten. Voortaan zou de ontwikkeling en productie van kernwapens op een andere wijze gebeuren, onder veel meer politieke controle.
De proeven waren aanvankelijk gepland voor mei 1946, maar werden uitgesteld tot juli. Officieel omdat het Amerikaanse Congres dan met vakantie was, zodat congresleden de tijd hadden om de proef bij te wonen. In werkelijkheid had Truman het uitstel gegeven onder druk van zijn minister van Buitenlandse Zaken. Die vreesde dat de proeven de onderhandelingen met de Sovjet-Unie over een toekomstig verbod op kernwapens zouden bemoeilijken en wilde ze liever niet laten doorgaan. Die onderhandelingen zouden hoe dan ook niet slagen…
Voor de veiligheid wilden de Amerikaanse admiraals de proef op een afgelegen plek in de Stille Oceaan uitvoeren. De keuze viel op het atol Bikini, behorende tot de Marshalleilanden, die de Amerikanen in de oorlog op de Japanners hadden veroverd. Het atol, een kring van eilandjes op een koraalrif, lag rond een ondiepe lagune, een geschikte ankerplaats voor de testschepen.
De 167 inwoners van Bikini verhuisden min of meer "vrijwillig" naar een ander eiland. Er was hen gezegd dat ze door hun eiland op te offeren de mensheid een dienst konden bewijzen. Met een verwijzing naar de Bijbel konden de christelijke eilandbewoners worden overtuigd.
Een honderdtal afgedankte schepen, van onderzeeërs over transportschepen tot grote oorlogsschepen (waaronder ook enkele buitgemaakte Duitse en Japanse schepen), werden dicht bij elkaar in de lagune geplaatst. Aan boord waren er behalve meettoestellen, allerlei militair materieel, brandstof en munitie, want men wilde zoveel mogelijk gevolgen van de kernexplosie nagaan. Daarom werden er ook levende dieren op sommige schepen geplaatst: duizenden ratten en honderden geiten, varkens en muizen, en zelfs insecten.
Er kwam al snel verzet tegen de proeven. Dierenbeschermers wilden niet dat dieren werden blootgesteld aan de explosie. Oud-strijders eisten dat de heroïsche schepen uit de oorlog zouden worden bewaard. Wetenschappers die de atoombom hadden ontwikkeld wezen op de schade die het milieu zou lijden. Een van hen, de latere Nobelprijswinnaar Glenn Seaborg, zou de proeven in Bikini zelfs de eerste grote milieuramp noemen.
Maar de proeven gingen door. Toen de explosies plaatsvonden was er uiteraard niemand meer op Bikini, enkel automatische camera’s en meettoestellen. Op minstens 10 zeemijl rond het atol lagen 150 schepen met duizenden toeschouwers: militairen, politici, buitenlandse waarnemers en meer dan honderd journalisten. Enkele vliegtuigen filmden het gebeuren vanuit de lucht.
De explosies
Op 1 juli vond de eerste proef plaats onder de codenaam “Able”. Een B-29 bommenwerper (hetzelfde type als gebruikt boven Japan) liet een plutoniumbom met het energie-equivalent van 21.000 ton TNT boven de lagune vallen die op amper 150 meter hoogte – zowat vier keer lager dan de explosie boven Hiroshima - ontplofte.
De toeschouwers kregen op veilige afstand een paddenstoelwolk te zien maar de gevolgen ter plaatse waren minder spectaculair dan gedacht. Dat kwam deels omdat de bom een halve kilometer naast het voorziene doel ontplofte, en dus niet midden tussen de schepen. Er zonken dan ook maar vijf schepen. De straling veroorzaakte wel de dood van een aantal dieren, maar na een dag was de radioactiviteit zo gezakt dat de schepen zonder gevaar betreden konden worden. Radioactieve neerslag bleef uit. De toeschouwers waren niet echt onder de indruk. Het leek alsof de atoombom een wapen was als een ander.
Bij de volgende test – codenaam “Baker” – die op 25 juli plaatsvond (bekijk de beelden hieronder), werd een iets sterkere bom gebruikt (23.000 ton TNT) maar het effect was heel anders, omdat het toen – voor het eerst – een kernexplosie onder water betrof. De bom ontplofte toen hij onderaan een amfibieschip hing (dat nog gediend had bij de landing op Iwo Jima in 1945), 30 meter onder de zeespiegel.
Enkele filmbeelden van de onderzeese ontploffing van "Baker". Op de laatste opname is duidelijk het schip te zien waaronder de bom ontplofte.
Er ontstond een ongezien spektakel. Onder water was de enorme lichtflits minder opvallend dan bij eerdere explosies, maar meteen daarna barstte een enorme buil van stoom uit het wateroppervlak. Die massa van zowat 2 miljoen ton water ontwikkelde zich tot een bloemkoolvormige koepel, waaronder een zuil van zowat een halve kilometer breed tussen de schepen oprees. Een ander gevolg was een tsunami die de stranden van Bikini met 5 meter hoge golven bedekte.
Van het schip waaronder de bom hing, werd geen spoor teruggevonden: het ging in damp op. Nog tien andere schepen zonken, waaronder het oude slagschip Arkansas en het vliegdekschip Saratoga. Alle schepen binnen een straal van een kilometer werden ernstig beschadigd.
Radioactieve nevel
Erger was dat de wolk neerdaalde waardoor de schepen werden besproeid met een soort radioactieve mist. Die bevatten niet alleen opgestoven water en zand, maar ook plutoniumdeeltjes van de bom zelf.
Toen er na enkele dagen zeelieden op de schepen kwamen om ze te ontsmetten, bleek dat onbegonnen werk. Overal lag een radioactieve laag die niet verwijderd kon worden.
De medische officier die instond voor de veiligheid van het personeel vond die toestand veel te gevaarlijk, zeker omdat er geen beschermende kledij was voorzien voor de manschappen op de besmette schepen. Op zijn aandringen moest iedereen de schepen na een paar weken verlaten. De schepen zouden nooit meer kunnen worden gebruikt.
Nu pas werd duidelijk hoe gevaarlijk de radioactieve neerslag na een kernexplosie was. De meeste dieren aan boord – waaronder alle varkens – waren door radioactiviteit omgekomen. Er werd meegedeeld dat ze een “pijnloze dood” waren gestorven, maar dat was duidelijk een leugen.
Gevolgen
Het gevolg was een voortijdig einde van operatie “Crossroads”. Een derde kernexplosie, die ditmaal op de zeebodem had moeten plaatsvinden, werd te gevaarlijk bevonden en kwam er niet.
Later, van 1954 tot 1958, zou Bikini opnieuw worden gebruikt voor kernproeven. Ditmaal werden ook veel krachtigere waterstofbommen getest. Er kwam nog meer radioactieve vervuiling.
De inwoners van Bikini waren intussen meerdere keren overgeplaatst, omdat ze op hun nieuwe eiland onvoldoende eten hadden. In de jaren 1970 keerden een aantal onder hen naar Bikini terug, nadat de Amerikaanse overheid alles had “opgekuist” en het eiland veilig had bevonden. Maar zowel het drinkwater, de planten en vruchten als de zeedieren bleken nog altijd ongehoord radioactief…

Filmbeelden uit die tijd. Een Amerikaanse officier legt de eilandbewoners uit dat de VS-regering “deze grote vernietigende kracht wil omvormen tot iets goed voor de mensheid” en dat de experimenten op Bikini “een eerste stap in die richting” vormen. Daarop de voorstelling van het eerste bikini-badpak in het Parijse zwembad Molitor, op 5 juli 1946.
Die "andere" bikini
De kernproeven bij Bikini konden wereldwijd op veel belangstelling rekenen, maar het woord "bikini" zou toch vooral op een andere manier eeuwige roem verkrijgen: vier dagen na “Able”, lanceerde de Franse modeontwerper Louis Réard zijn nieuwe, tweedelige badkostuum. Vanwege de aandacht die de kernproef in de pers had, noemde hij het “bikini”. Hij kondigde het aan als een "anatomische bom", die een explosie in de modewereld zou veroorzaken, Dat gebeurde inderdaad, maar niet op de wijze die Réard had gehoopt. De bikini werd te gewaagd gevonden en zelfs een tijd verboden. De atoomproeven daarentegen konden nog een hele tijd blijven voortduren....