Wat is de link tussen Adolf Hitler en de Louise-Marietunnel in Ronse? Infrabel duikt in geschiedenis tijdens renovatie

Spoorwegbeheerder Infrabel werkt deze zomermaanden aan de vernieuwing van de spoorlijn tussen Oudenaarde en Ronse. De Louise-Marietunnel wordt tegelijkertijd vernieuwd. De tunnel werd gebouwd in de 19e eeuw en heeft al heel wat "meegemaakt".

Beluister hieronder het interview met Thomas Baeken en/of lees verder.

"De Louise-Marietunnel heeft een heel bewogen geschiedenis", steekt Baeken van wal. "Op het einde van de Eerste Wereldoorlog in 1918 werd de tunnel door terugtrekkende Duitse soldaten opgeblazen. En in de nacht van 22 op 23 december 1940, tijdens de Tweede Wereldoorlog, zou Adolf Hitler de tunnel hebben gebruikt als beschutting."

De tunnel, ook bekend als de Spichtenbergtunnel, was een strategische plaats tijdens de wereldoorlogen omdat het een belangrijke doorgang was voor Duitse troepen en om materialen aan te voeren. De tunnel werd ook gebruikt voor zogenaamde "sabotage-acties": "In 1944 hebben ze daar een locomotief laten kantelen zodat die op zijn zij lag en de doorgang blokkeerde." 

Na de oorlog werd de tunnel vrijgemaakt door de Engelsen. In de winter van 1966 raakte de tunnel versperd door een grondverschuiving. Het duurde toen meer dan een jaar voor de tunnel weer werd vrijgemaakt.

Naast de geschiedenis met de Duitsers tijdens de wereldoorlogen, was de Louise-Marie tunnel ook belangrijk in nóg vroegere tijden. De tunnel was een belangrijke verbinding voor de Vlaamse textielindustrie, met textielsteden Gent en Ronse, naar de Europese markt toe. 

De tunnel werd gebouwd tussen 1857 en 1861 en is daarmee een van de oudere tunnels op het spoorwegnet, vertelt Baeken: "Het is een van de twee spoortunnels in Oost-Vlaanderen. Aangezien die van de 19e eeuw is, moeten we die af en toe opkalefateren." Naast deze tunnel is er ook nog een in Overboelare, deelgemeente van Geraardsbergen.

"Het is een betonnen tunnel met metselwerk. Tijdens de twee maanden dat we er werken, gaan we controleren of het metselwerk overal nog in orde is", legt Baeken uit. "We kijken ook de waterhuishouding na. We willen het regen-en grondwater goed analyseren en afvoeren zodat het niet in de sporen kan druppelen. Dat zou anders op termijn voor problemen kunnen zorgen voor de stabiliteit van de sporen."

Bij de vernieuwingswerken aan de spoorlijn worden alle dwarsliggers vervangen over een lengte van 12 kilometer. Ook ballast (steentjes die zorgen voor de stabiliteit van de sporen) en overwegen worden vernieuwd. De werken hebben een kostenplaatje van ruim 11 miljoen euro en worden gefinancierd met middelen uit het Boost Plan, een initiatief van minister van Mobiliteit Georges Gilkinet.

Omdat de werken een hele zomer duren, is er twee maanden lang geen treinverkeer mogelijk: "Dat is zeer uitzonderlijk. We gaan dag en nacht werken. Dat is jaren op voorhand besproken met onder andere de NMBS, die dan ook een alternatief plan heeft voorgesteld." Er worden vervangbussen ingezet tussen Oudenaarde en Ronse om de mobiliteit voor de reizigers te garanderen.