Copyright 2021 The Associated Press. All rights reserved.

Globale vaccin-ongelijkheid is overduidelijk: 75 procent van alle geleverde vaccins zijn in handen van rijkere landen

Landen met hoge en middelhoge inkomens beschikken over bijna driekwart van de geleverde vaccindosissen wereldwijd. Tegelijk moeten armere landen het met zo'n 25 procent doen. Dat blijkt uit een data-analyse van VRT NWS op basis van cijfers van WHO, IMF en UNICEF. De ongelijke vaccinverdeling heeft nochtans gevolgen voor ons allemaal. 

Ondanks initiatieven als COVAX is de ongelijke verdeling van de vaccins op wereldniveau overduidelijk. Bijna driekwart (74,65 procent) van de tot nu toe geleverde vaccindossen gingen naar landen met hoge en middelhoge inkomens. Dat terwijl hun inwoners 48 procent van de wereldbevolking uitmaken. 

Landen met middellage en lage inkomens moeten het met een pak minder doen. Zij hadden vorig jaar vaak niet genoeg geld om bestellingen te plaatsen. Landen als Namibië en Soedan zijn daarom afhankelijk van financiële steun en gedoneerde vaccins. Armere landen (middellage en lage inkomens) vormen 52 procent van de wereldbevolking en kregen tot nu toe iets meer dan 25 procent van de dosissen toegeleverd. Als we kijken naar de armste landen apart (lage inkomens) - zo'n 9 procent van de wereldbevolking - gaat het om amper 3,74 procent van de geleverde vaccins.

De ongelijkheid valt ook op als je kijkt naar het aantal bemachtigde dosissen per land. Dat zijn het aantal bestelde en reeds geleverde dosissen samengerekend. Met meer dan vier dosissen per inwoner van goedgekeurde vaccins in handen loopt Canada wereldwijd op kop. Italië en Nieuw-Zeeland volgen op de voet met meer dan drie dosissen. Ons land haalt met 2,74 dosissen net niet de top tien van landen die het meeste vaccindosissen tegen het coronavirus bemachtigd hebben.

BELANGRIJK: VRT NWS heeft dit berekend op basis van een datasets van de Wereldgezondheidsorganiatie (WHO), het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en UNICEF. De dataset van de WHO en IMF houdt geen rekening met vaccins die nog niet zijn goedgekeurd door het WHO of door de nationale overheden. Dosissen van bijvoorbeeld het Duitse bedrijf CureVac worden niet meegerekend. Wereldwijd hebben landen wel al deals gesloten met vaccinproducenten wiens vaccins nog niet zijn goedgekeurd, wat hun voorraad dus nog meer vergroot. Ons land heeft bijvoorbeeld naast deals met Pfizer/BioNTech, Moderna, Janssen en AstraZeneca, ook een bestelling van 2,9 miljoen dosissen bij CureVac geplaatst. 

Falend verdeelprogramma?

Net om zo’n ongelijke verdeling van de coronavaccins tegen te gaan, werd in april 2020 COVAX in het leven geroepen door onder meer de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), de Globale Alliantie voor Vaccinatie en Immunisatie (GAVI) en UNICEF, het kinderfonds van de Verenigde Naties. Het doel van het programma is om tegen eind dit jaar 2 miljard prikken te leveren wereldwijd, waarvan 1,8 miljard aan de 92 armste landen. COVAX probeert dat te bereiken door zowel zelf vaccins aan te kopen via financiële steun, als via gedoneerde vaccins.

Zoals bij andere problematieken hebben de overheden nu vooral beloftes gemaakt, die nog in daden moeten worden omgezet

Philippe Henon, woordvoerder UNICEF België

Sinds de start van de COVAX-leveringen in februari zijn nog maar iets meer dan 215,1 miljoen dosissen geleverd aan 138 landen. Dat is zo’n tien procent van wat het tegen eind dit jaar wil behalen. Van de 92 armste landen (lage- en middellage-inkomenslanden) ontvingen er 88 samen intussen meer dan 166 miljoen dosissen om toe te dienen. Landen die nog wachten op leveringen via COVAX zijn Noord-Korea, de Democratische Republiek Congo, Zimbabwe en Myanmar.

Dat de leveringen zo traag verlopen, kent verschillende verklaringen.  Zo levert COVAX tegen betaling vaccins aan rijkere landen, wat betekent dat er minder is voor ontwikkelingslanden. In juni bezorgde COVAX ongeveer 530.000 dosissen aan Groot-Brittannië, dat is meer dan het dubbele van wat het die maand leverde aan het continent Afrika. GAVI, die mee de verdeling van de vaccins leidt, benadrukt dat de meerderheid aan ontwikkelingslanden zal gedoneerd worden. Landen met hoge en middelhoge inkomens konden bestellingen plaatsen voor een noodvoorraad. "Dankzij die bestellingen en financiële steun hebben wij deals kunnen maken met producenten", laat een woordvoerder weten.

Woordvoerder van UNICEF België, Philippe Henon, wijst erop dat de trage leveringen ook een gevolg zijn van logistieke uitdagingen. "Vaccins transporteren is niet evident aangezien bijvoorbeeld de mRNA-vaccins op een lagere temperatuur moeten vervoerd worden. Ook genoeg opslagcapaciteit en transport vinden in armere regio's is niet gemakkelijk." Rijke landen moeten eveneens meer en sneller vaccins doneren. "Hoe sneller er vaccins beschikbaar zijn, hoe sneller wij ze kunnen verdelen. Zoals bij andere problematieken hebben de overheden nu vooral beloftes gemaakt, die nog in daden moeten worden omgezet."

Povere donaties aan armere landen

De Europese Unie heeft zich voorgenomen om tegen eind dit jaar 200 miljoen dosissen te leveren aan landen met lage of middellage inkomens, bij voorkeur via COVAX. De lidstaten hebben momenteel slechts 2,35 procent (4,7 miljoen) van die 200 miljoen beloofde vaccins geleverd via COVAX. De EU-landen hebben net als andere rijke landen tot nu toe voorrang gegeven aan hun eigen burgers, waardoor er niet veel ter beschikking was voor anderen.

De Verenigde Staten en vooral China hebben al een pak meer gedoneerd dan de EU. Donaties gebeuren overigens ook vaak bilateraal, van het ene land rechtstreeks naar het andere, dus zonder tussenkomst van een initiatief als COVAX. Via COVAX leverde de VS al 74,3 miljoen vaccindosissen, bilateraal 33,9 miljoen. China leverde al 29 miljoen vaccindosissen aan 64 landen via bilaterale overeenkomsten. De G7-landen beloofden in juni om samen 1 miljard dosissen te schenken aan armere landen tegen eind 2022. Ze worden zowel door de landen zelf verdeeld, als via COVAX. De G7 bestaat uit Groot-Brittannië, Duitsland, Frankrijk, Italië, Japan, Canada en de Verenigde Staten. Ook de Europese Unie maakt er deel van uit. 

Net zoals het hoofd van de Verenigde Naties, Antonio Guterres, heeft Stefaan Van Bastelaere, expert public health bij het Belgische ontwikkelingsagentschap Enabel, eerder al gezegd dat 1 miljard dosissen van de G7-landen niet genoeg zijn. "Als je kijkt naar de totale nood, 10 miljard dosissen, en een productiecapaciteit waarmee je tot eind dit jaar 11 miljard dosissen kan produceren, dan denk ik: dank je wel, maar konden jullie niet meer doen?" Enabel is het ontwikkelingsagentschap van de Belgische federale regering en andere donoren.

Ons land zal tegen eind dit jaar 4 miljoen dosissen schenken. Ze zullen rechtstreeks naar derde landen worden gestuurd, vooral via COVAX. De eerste levering - 168.000 dosissen aan Oekraïne - wordt zeer binnenkort verwacht. In september wordt een lading van 400.000 dosissen voor Afrika voorzien. België heeft in juni al rechtstreeks een overschot van 150.000 AstraZeneca-dosissen aan Tunesië geschonken. Minister van Ontwikkelingssamenwerking Meryame Kitir (Vooruit) laat weten dat indien er meer dosissen beschikbaar zullen zijn, België zich zal engageren om meer donaties te voorzien.

Onethische boosterprik

De vraag van organisaties als het WHO, UNICEF en Enabel aan rijke landen om nog meer te doneren, hangt samen met de discussie over de derde prik. Vorige week beslisten de ministers van Volksgezondheid van ons land dat de meest kwetsbare mensen binnenkort een derde dosis zullen krijgen. Onder meer de VS, Malta en Duitsland namen al dezelfde beslissing. Maar er gaan ook steeds meer stemmen op in rijke landen om de volledige bevolking zo'n boosterprik te geven. In Israël doen ze dat al. 

Het WHO stelt al langer dat de boosterprikken niet te rechtvaardigen zijn aangezien zoveel armere landen nog steeds op een eerste prik wachten. "We moeten hoogdringend de zaken omdraaien: van een meerderheid van vaccins voor de rijke landen naar een meerderheid voor de arme landen", zei WHO-topman Tedros Adhanom Ghebreyesus begin deze maand tijdens een persconferentie in Genève. Dat veel westerse landen ondertussen tieners vaccineren neemt de WHO hen ook niet in dank af. Een derde punt van kritiek is dat vaccinproducenten hun patenten niet vrijgeven, dat zou de productie in andere continenten kunnen vergemakkelijken.

Tegen eind dit jaar bezit het westen meer wapens tegen corona dan enkel de vaccins

Johan Neyts, viroloog bij het Rega Instituut (KU Leuven)

"Als we binnenkort een derde prik moeten zetten, kan het westen best wachten op een aangepaste versie aan de nieuwe varianten", stelt viroloog Johan Neyts van het Rega Instituut (KU Leuven). "De huidige vaccins zijn gebaseerd op de Wuhanstam. Het lijkt me onethisch om eerst je eigen bevolking, behalve dan de meest kwetsbaren, van een derde prik te voorzien, terwijl andere bevolkingsgroepen nog niet eens een eerste prik kregen."

Het westen zal binnenkort ook therapeutica en medicijnen bezitten om een besmetting met het coronavirus te behandelen. "Denk bijvoorbeeld aan het antilichaam sotrovimab van GlaxoSmithKline dat waarschijnlijk dit najaar beschikbaar zal zijn", vertelt Johan Neyts. "Als je die behandeling met een infuus binnen de vijf dagen na de eerste symptomen start, neemt de kans op het ontwikkelen van een ernstig ziektebeeld met ongeveer 80 procent af. Tegen eind dit jaar bezit het westen meer wapens tegen corona dan enkel de vaccins. Een extra reden dus om vaccins te blijven doneren aan armere regio’s."

In het Verenigd Koninkrijk is recent de eerste therapeutische behandeling met antilichamen goedgekeurd.

"Evenwichtige verdeling zou nieuwe varianten vermijden"

Het vaccin-nationalisme van rijke landen heeft gevolgen voor ons allemaal, zo stelt ook een recente studie in het gerenommeerde wetenschappelijke tijdschrift Science. Op basis van wiskundige modellen hebben de onderzoekers berekend dat een gelijke verdeling over alle landen tot minder uitbraken maar ook tot minder varianten zou leiden. 

"We weten dat de vaccins goed beschermen tegen ziek worden, maar we weten nog niet hoeveel bescherming er overblijft na pakweg een of twee jaar", legt viroloog Johan Neyts uit. "In rijke landen heb je nu een betere vaccinatiedekkingsgraad, maar in Afrika heb je aan dit tempo binnen twee jaar nog steeds niet voldoende mensen gevaccineerd. Wat betekent dat in die periode nieuwe varianten kunnen blijven opkomen. Als de immuniteit van gevaccineerde mensen intussen afneemt, zijn zij weer minder beschermd tegen die nieuwe varianten. Het is dus globaal ongunstig om zo ongelijk te vaccineren als we nu doen."

Het is dus globaal ongunstig om zo ongelijk te vaccineren als we nu doen

Johan Neyts

Concreet is 50,5 procent van de inwoners van hoge-inkomenslanden volledig gevaccineerd en 39,7 procent bij middelhoge-inkomenslanden, tegenover 7,4 procent bij middellage-inkomenslanden en 0,4% bij lage. Volgens GAVI heeft COVAX nu voldoende geld en toegezegde donaties om binnenkort 30 procent van de bevolking van de armste landen te vaccineren. Ze geven daarbij prioriteit aan kwetsbare groepen en gezondheidsmedewerkers. De minimum grens om groepsimmuniteit te bereiken ligt echter op 70 procent.

Daarnaast is het een uitdaging om genoeg inwoners van armere regio’s te bereiken voor vaccinatie. "Bij ons is die sensibilisering grootschalig gebeurd via overheden en de media. Zo gemakkelijk gaat dat niet in landen als bijvoorbeeld Soedan. We werken samen met partnerorganisaties, scholen en religieuze groepen om informatie over de vaccins tot bij hen te krijgen en zo twijfels weg te nemen", vertelt Philippe Henon van UNICEF.

Ook viroloog Johan Neyts stelt dat we vaccinatie "te veel met een westerse bril bekijken. Hier loopt het uiterst vlot met de vaccinatiecentra, maar begin dat maar eens te organiseren in het midden van Afrika, en grote delen van Latijns-Amerika en Zuidoost-Azië. Zelfs als rijke landen nu alle overige vaccins zouden doneren, is het nog altijd een grote logistieke uitdaging."

Lokale productie

Daarom is er meer nodig dan donaties van rijke landen. "Productie van vaccins - en niet enkel coronavaccins - in die landen zelf is essentieel om de vaccinatiegraad hoog genoeg te krijgen", benadrukt Neyts die ook zelf aan een coronavaccin en andere vaccins werkt. "Afrika is een continent van ongeveer 1,2 miljard inwoners met amper eigen productiecapaciteit. Slechts op enkele plaatsen, zoals in de Senegalese hoofdstad Dakar, kan men vaccins produceren tegen bijvoorbeeld gele koorts, maar nog geen coronavaccins." Vandaag is Afrika voor 99 procent afhankelijk van ingevoerde vaccins.

We zijn pas veilig als iedereen veilig is

Meryame Kitir, minister van Ontwikkelingssamenwerking (Vooruit)

In Senegal en Zuid-Afrika zijn plannen om lokale productiecapaciteit mogelijk te maken. De EU ondersteunt de bouw van een fabriek in Senegal om vaccins tegen COVID-19 en andere ziekten te produceren. "Het delen van vaccins is een belangrijke stap om de wereldwijde toegang tot vaccins te versnellen. Tegelijk moeten we ook verder durven kijken dan liefdadigheid en streven naar duurzame manieren om deze pandemie te stoppen", stelt minister van Ontwikkelingssamenwerking Meryame Kitir (Vooruit). "Zo engageren we ons met Team Europe om lokale productie, onder meer in Senegal mogelijk te maken. We zijn pas veilig als iedereen veilig is."

België steunt het initiatief om deze fabriek te bouwen binnen het kader van de Europese steun, maar doet nog meer. Zo gaat via onze bilaterale samenwerking met Senegal 500.000 euro naar projecten om de lokale gezondheidsvoorzieningen te versterken.

Meest gelezen