Nog voor stembureaus opengaan, is winnaar al bekend: waarom Daniel Ortega president van Nicaragua blijft
In Nicaragua worden vandaag presidentsverkiezingen gehouden. Spannend zijn ze allerminst. Huidig president Daniel Ortega, die al sinds 2007 aan de macht is, zal zo goed als zeker aan een vierde opeenvolgende ambtstermijn kunnen beginnen. De oppositie is al jaren verdeeld en bovendien liet Ortega zijn belangrijkste potentiële tegenkandidaten in de cel gooien. De revolutionaire volksheld van weleer heeft in 14 jaar tijd alle macht naar zich toe getrokken.
Niemand die eraan twijfelt dat Daniel Ortega (75) ook na vandaag president van Nicaragua blijft, een van de armste landen van Latijns-Amerika. Het zou een heel grote verrassing zijn mocht een van de vijf andere kandidaten het halen.
Dat komt onder meer omdat de oppositie al jaren verdeeld is en er maar niet in slaagt om een vuist te maken tegen Ortega en zijn FSLN-partij (het Sandinistisch Nationaal Bevrijdingsfront, een linkse partij die de erfgenaam is van de gelijknamige guerrillabeweging die eind jaren 70 dictator Anastasio Somoza verdreef). Onder meer hoge eigen ambities stonden verschillende oppositiekandidaten in het verleden in de weg om een gezamenlijk front te vormen tegen Ortega.
Maar evengoed heeft Ortega zelf de oppositie buitenspel gezet. De president is een meester in verdeel-en-heerspolitiek en gebruikte de voorbije jaren alle mogelijke wettelijke trucjes om partijen en tegenkandidaten uit te sluiten van verkiezingsdeelname.
Na het uitgebreide protest tegen zijn bewind in 2018 werd hij daar alsmaar driester in. Er volgde een golf van arrestaties van mensen die ervan verdacht werden het protest georganiseerd te hebben. Zij werden op basis van een nieuwe wet beschuldigd van terrorisme en verraad tegen de staat.
In juni werden ook 7 vooraanstaande oppositieleden opgepakt van wie verwacht werd dat ze zich kandidaat zouden stellen bij de presidentsverkiezingen. Onder hen de dochter en neef van voormalig presidente Violeta Chamorro, die Ortega versloeg en opvolgde in 1990.
Geen detail, want de vete tussen Ortega en de Chamorro's gaat al terug tot de jaren 80. Violeta Chamorro nam eind jaren 70 deel aan de Sandinistische revolutie (zie verder) en behoorde daarna tot de Sandinistische partij van Ortega. Maar al snel trok ze de deur achter zich dicht, uit onvrede met de machtshonger van de Sandinisten. In 1990 versloeg ze op de koop toe Ortega bij de presidentsverkiezingen en werd ze de eerste niet-Sandinistische president na de revolutie.
Haar dochter Cristiana werd enkele maanden geleden nog als de belangrijkste uitdager van Ortega beschouwd, maar zit dus nog steeds in de cel, samen met 6 andere mogelijke tegenkandidaten.
Het resultaat van die "jacht" op de oppositie is dat op het stembiljet vandaag vijf amper bekende tegenkandidaten staan van kleine partijen die Ortega's partij min of meer steunen. Veel tegenstand hoeft Ortega dan ook niet te verwachten. De oppositie heeft de bevolking daarom opgeroepen om thuis te blijven en de verkiezingen te boycotten.
Toch is het zeker niet zo dat iedereen in Nicaragua Ortega weg wil. Ondanks de kritiek van de oppositie en een deel van de internationale gemeenschap over alsmaar groeiende dictatoriale eigenschappen, is hij bij een deel van de bevolking nog steeds populair, vanwege het sociale beleid van zijn regering. Veel sociale overheidsprojecten hebben een positieve invloed op het leven van de armere bevolking (gehad).
Naast presidentsverkiezingen zijn er vandaag ook parlementsverkiezingen, waarbij het grootste deel van de zetels verkiesbaar is. Ook het parlement wordt al geruime tijd gecontroleerd door de partij van Ortega.
Volksheld vervelt tot dictator
Daniel Ortega kan met recht en reden een revolutionaire volksheld genoemd worden. In 1979 wierp hij samen met de Sandinistische guerrillabeweging FSLN de dictatuur van Anastasio Somoza omver.
De Sandinistische regering zorgde begin jaren 80 na 40 jaar Somoza-dictatuur voor een ware omwenteling in Nicaragua. Ze zette onder meer alfabetiseringscampagnes op en voerde gratis gezondheidszorg en onderwijs in. Ortega zelf, het boegbeeld van de revolutie en op dat moment enorm populair, werd uiteindelijk president in 1985. In 1990 verloor hij de verkiezingen van Violeta Chamorro, ooit zelf lid van het FSLN.
In 2007 kwam Ortega weer aan de macht en die macht heeft hij sindsdien niet meer uit handen gegeven. De oppositie en een deel van de internationale gemeenschap beschuldigen hem al jaren van een steeds autoritairder wordend bewind.
Zo paste zijn partij de grondwet aan, zodat hij langer aan de macht kon blijven. Hij benoemde zijn vrouw ook tot vicepresidente. Op termijn zou hij zelfs de macht willen doorgeven aan haar, zo wordt gezegd.
In 2018 organiseerde een platform van middenveldorganisaties een grote protestbeweging tegen zijn bewind. Ortega liet ze hardhandig neerslaan, met meer dan 300 doden tot gevolg. In die tijd doken ook veel berichten op van moorden, verdwijningen en martelingen van tegenstanders van de president.
Ortega zelf is intussen ook afgestapt van de idealen van de Sandinistische revolutie. Ondanks verschillende sociale programma's gaat hij de laatste jaren vooral de neoliberale toer op en hij sloot zelfs een pact met de zeer conservatieve Katholieke Kerk in Nicaragua, waardoor het land nu strenge abortusregels heeft. Een scherp contrast met de tijd waarin vrouwenrechten belangrijk waren voor de Sandinisten.
De Verenigde Staten en andere landen beschouwen Ortega als een dictator. "De internationale gemeenschap heeft geen andere keuze dan hem zo te behandelen", reageerde de Amerikaanse topdiplomate Julia Chung in juni, na de arrestaties van verschillende oppositieleden. "Onder Ortega is Nicaragua een internationale paria geworden die steeds meer afstand neemt van de democratie."