"Boosterprik kan al vanaf drie maanden na laatste prik", zegt EMA, maar zou dat ook iets uitmaken voor ons land?
Moet de boosterprik sneller worden gezet dan zes maanden na een inenting met Pfizer of Moderna? De roep is groot, nu de omikronvariant eraan komt. Vaccinoloog Isabel Leroux-Roels vindt dat het zeker kan, maar voorlopig blijft ons land bij de afspraken die zijn gemaakt. En dan is nog maar de vraag of het in de praktijk überhaupt zou kunnen.
De vaccinatiecentra zetten momenteel massaal extra boosterprikken van het coronavaccin. Wie zes maanden geleden een tweede prik Pfizer of Moderna kreeg, vier maanden geleden AstraZeneca of twee maanden geleden Johnson&Johnson zal worden uitgenodigd voor die extra booster. Die termijn had de Hoge Gezondheidsraad in ons land voorgesteld en de ministers van Volksgezondheid hadden die ook overgenomen.
Maar de zenuwachtigheid groeit, nu de omikronvariant opkomt. Een variant waar nog maar weinig van geweten is, al lijkt het er wel op dat hij een stuk besmettelijker is dan de huidige variant. Volgens vaccinproducent Pfizer bieden de vaccins er bescherming tegen, al zou dat voor personen mét booster beter zijn dan zonder.
En dus klinkt de roep om de boosters te versnellen steeds luider. Het Europees Geneesmiddelenbureau zei vandaag dat dat an sich kan. "Hoewel de huidige aanbeveling is dat de boosters bij voorkeur worden toegediend na zes maanden, is uit de beschikbare data gebleken dat het veilig en doeltreffend is om al vanaf 3 maanden na de volledige vaccinatie een boosterprik te geven, als een dergelijke korte tussentijd wenselijk zou zijn met het oog op de volksgezondheid."
Ons immuunsysteem heeft geen ingebouwde klok, ook na vier maanden goede resultaten
Vaccinoloog Isabel Leroux-Roels volgt. "Zes maanden is gangbaar in de vaccinologie en kennen we ook als schema voor de andere vaccins. Ook in de context van covid is dat goed bestudeerd", zegt ze in "Terzake". "Maar ons immuunsysteem heeft geen ingebouwde klok. Het is belangrijk om enige tijd te laten tussen de tweede en derde dosis, om ons immuunsysteem te laten rijpen. De geheugencellen hebben tijd nodig om zich goed te ontwikkelen. Maar ondertussen blijkt al uit studies in onder meer het Verenigd Koninkrijk dat een booster na vier maanden ook goede resultaten geeft."
Bekijk hier de uitleg over de boosterprik in "Terzake":

Gaan wij ook versnellen?
In principe zouden we naar drie maanden kunnen gaan, áls de Hoge Gezondheidraad daar groen licht voor geeft. Al volgt die raad over het algemeen wel wat het EMA adviseert.
Vlaams minister van Volksgezondheid Wouter Beke (CD&V) zei vanmiddag dat er voorlopig geen plan is om het aan te passen. "We hebben die timing gemaakt op basis van het advies dat de experten ons gaven", zegt hij in "De wereld vandaag" op Radio 1. "Als de Hoge Gezondheidsraad nu anders zou adviseren, zullen we dat bekijken. Maar voorlopig is dat niet het geval."
Beluister hier het gesprek met Wouter Beke:

Moet het interval voor boosterprik ingekort worden? "Voorlopig behouden we de huidige planning"
Hoe dan ook is maar de vraag of het in de praktijk iets zou veranderen, mocht de termijn naar drie maanden gaan. Professor huisartsengeneeskunde en lid van de taskforce vaccinatie Jan De Maeseneer zegt aan "Terzake" dat ze zeker tot eind februari gaan nodig hebben om iedereen een extra prik te geven. De vaccinatiecentra kunnen aan topsnelheid 500.000 prikken per week zetten. Dat halen we nu niet. Als we dat wel zouden halen, zou het nog tien weken duren eer iedereen een prik heeft gekregen. Bovendien zijn er tussen Kerstmis en Nieuwjaar minder vrijwilligers voor de centra.
Beke zelf benadrukt dat we in Vlaanderen op schema zitten voor het toedienen van die herhalingsprik. “240.000 volwassen Vlamingen, van wie het interval verstreken is, hebben nog geen uitnodiging gekregen. Maar dat zal de komende weken gebeuren, want onze doelstelling blijft om tegen eind januari 2,5 miljoen Vlamingen het boostervaccin te kunnen geven."