Karpervirus zorgt voor vissterfte in Oost-Vlaamse visvijvers: "Spoel en droog je netten, dat houdt het virus tegen"

In verschillende visvijvers in Oost-Vlaanderen gaat het karpervirus rond. Het virus kent vooral tijdens de maanden april en mei een opstoot. Dat komt door opwarmend water, een laag zuurstofgehalte en lage waterstand. Dat zorgt voor stress en verlaagt de weerstand van karpers, waardoor ze vatbaarder zijn voor het virus. 

Volgens visserijbioloog Alain Dillen van het Agentschap voor Natuur en Bos moeten we ons geen zorgen maken dat het virus ook op de mens overslaat. Hij waarschuwt wel dat het materiaal goed gereinigd moet worden, om te voorkomen dat verschillende varianten van het virus zich met elkaar beginnen te mixen. "Als je met hetzelfde materiaal in verschillende vijvers vist, loop je risico dat er een variant wordt verspreid waartegen de vissen in die andere vijver niet bestand zijn."

Eenmaal er een uitbraak van het virus is, kan je er niet veel meer aan doen. "Het virus komt terecht in de kiemcellen van de vissen, die zwellen op en wanneer ze ontploffen verspreidt het virus zich over het hele wateroppervlak", legt Dillen uit. Daarom raadt hij aan om het vismateriaal goed te laten drogen. "Die virussen overleven niet lang op het droge. Dus als je het materiaal goed laat drogen, loop je al veel minder risico om het virus te verspreiden."

Verschillende gemeentes in de provincie roepen intussen op tot waakzaamheid, onder andere in Moerbeke. Het karpervirus is er nog niet geraakt, en dat willen ze ook zo houden. Burgemeester Robby De Caluwé legt vissers enkele voorwaarden op:  " Zo moet iedereen die bij ons in de Grote Kreek wil vissen, moet lid zijn van de Karpervereniging", zegt de burgemeester. "Daarnaast gaat onze milieudienst bordjes plaatsen met daarop duidelijke instructies."