"Koiboys" van VTI Menen winnen innovatieprijs van Vlaanderen met project rond Japanse karpers
Het VTI Sint-Lucas uit Menen werd uitgeroepen tot de meest innovatieve school van Vlaanderen. Ze kregen de eerste prijs met hun project rond Japanse karpers. Want de uitwerpselen van die vissen worden gebruikt bij het kweken van planten. Die planten kunnen deels geplukt worden, maar dienen ook opnieuw als voer voor de karpers. Zo hebben ze een circulair systeem gevonden voor vis- en plantenteelt.
In Menen hebben de "koiboys" de prijs van meest innovatie school in de wacht gesleept. De "koiboys" zijn de leerlingen van het vierde jaar Industriële Wetenschappen van het VTI Sint-Lucas. Ze hebben de eerste prijs gewonnen op de Maker Fair in Gent, een beurs voor bijzondere doe-het-zelf projecten. Hun bijnaam verwijst naar hun project, dat helemaal rond kois draait.
Kois zijn kleine Japanse karpers die ze grootbrengen en verzorgen. Met de uitwerpselen van die vissen kweken ze fruit en groenten. Die worden dan opnieuw als voeder gebruikt voor de vissen. Volgens leerkracht Bart Ovaere was de jury onder de indruk van hun project: "Ze waren weggeblazen door het totaalconcept. We krijgen daardoor nu een budget om ons project naar volgend schooljaar toe nog verder uit te breiden. Daarnaast krijgen we ook begeleiding van de mensen van Fluxlab. Zij geven professioneel advies om ons project stevig uit te bouwen."
Meet "the Koiboys"
"De uitwerpselen van de vissen worden opgezogen en doorgestuurd naar de planten via een buisje. Die mest zorgt ervoor dat de planten in leven blijven", legt leerkracht Bart uit. De "koiboys" staan nu op de innovatiebeurs in Gent, maar daarvoor moesten ze hun project weer helemaal uit elkaar halen. "Dat was niet zo simpel", vult "koiboy" Jarno aan. "We moesten het water uit de aquaria halen en in een ton steken, want we mogen niet zomaar nieuw water gebruiken voor de vissen. Het was redelijk lastig om 200 liter water en de vissen in een zak te vervoeren."
"Voor ons was het dus een hele opluchting om te zien dat alles nog in orde was. Want we zijn gestart met 50 kois en daar blijven er nu nog maar een stuk of 35 van over. Want als die klein zijn, durven ze elkaar ook nog opeten", lacht Jarno nog.
