Meer krabben, kreeften en vissen in windmolenparken aan de kust: "Ze voeden zich met mosselen uit holtes van windmolens"
Het aantal krabben, kreeften en vissen in windmolenparken in de Noordzee is de laatste twaalf jaar fors gestegen. Dat blijkt uit een onderzoek van de UGent en het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). "De funderingen van windmolens vormen de perfecte ondergrond voor organismes waar vissen zich mee voeden", zegt onderzoekster Jolien Buyse.
Er leven almaar meer vissen, krabben en kreeften in de windmolenparken aan onze kust. Onder meer de populatie aan pladijs in windmolenparken voor onze kust is drie keer hoger dan twaalf jaar geleden. "Pladijzen gaan op zoek naar de aangroeifauna op de kunstmatige riffen in een windmolenpark en dat doen ze blijkbaar over een lange periode", klinkt het bij onderzoekster Jolien Buyse.
"De funderingen van de windturbines vormen de geschikte ondergrond voor allerlei zeeorganismen die zich massaal vastzetten op de harde structuren", legt de onderzoekster verder uit. "Vissen, krabben en kreeften verschuilen zich in de holtes van die funderingen en voeden zich daar met mosselen en anemonen die ze vinden."
Goed nieuws voor vissers?
De toename aan vissen zoals pladijs kan in de toekomst ook positief zijn voor vissers, ook al mogen die niet in de windmolenparken zelf vissen. "Als die toename ervoor zorgt dat de populatie vissen ook rond de windmolenparken toeneemt, dan kan dat eventueel zorgen voor een compensatie in het verlies aan visgronden voor vissers", zegt Buyse.
Verder onderzoek moet nu nagaan of er effectief een link is tussen het vissenbestand binnen en rondom de windmolenparken.
