Binnenkort komen er straatnaamborden met dialectwoorden in Buggenhout

In de straten van Buggenhout zullen binnenkort oude en dialectische straatnaambordjes  hangen. "We willen dat de Buggenhoutenaar fier is om hier te wonen. We willen daarom de eigenheid onderstrepen en dialect is daar een belangrijke factor van", motiveert schepen Geert Mannaert (CD&V). Het idee kwam van gemeenteraadslid Stef Buys (Vlaams Belang) en het schepencollege is een onderzoek gestart om alle dialectische benamingen in kaart te brengen.

De gemeente doet een beroep op de plaatselijke heemkundige kring voor het onderzoek. "Geen makkelijke klus, want er zijn hier twee dialecten: dat van moedergemeente Buggenhout en deelgemeente Opstal, en het dialect van deelgemeente Opdorp", weet Mannaert. "Vroeger hoorde Opdorp bij graafschap Vlaanderen, maar Buggenhout zat bij Brabant. En dat hoor je duidelijk. In Opdorp zeggen ze tegen een groene muur bijvoorbeeld "gruune muur", in Buggenhout klinkt dat eerder als "griene mier": toch wel een groot verschil."

"Het zal dus niet eenvoudig zijn om alles te inventariseren", vermoedt de schepen. "Al weet ik van een paar straten wel ongeveer wat het resultaat zal zijn. Sluis bijvoorbeeld: hier in Opdorp is dat "Sleuzze". Of in Buggenhout zegt iedereen "Drest" tegen Roest. En Koude Haard wordt "Kaandjèit". En in de Diepmeerstraat komt wellicht "Diepelingenstraat" op het bordje te staan", illustreert hij.

De bedoeling is om de oude en dialectische benamingen te tonen op een alternatief bordje onder het officiële straatnaambord. "De dialectbordjes zullen een andere kleur en een ander lettertype hebben, om de twee duidelijk te onderscheiden. De bordjes komen trouwens niet in elke straat, alleen waar het van toepassing is", benadrukt de schepen. Hij hoopt de bordjes in het najaar klaar te hebben. "Het zou fijn zijn om ze te kunnen ophangen voor de Dag van de Trage Weg op 14 oktober", aldus Mannaert.