Universiteit Gent werkt mee aan onderzoek De Lijn om aantal valpartijen bij tramsporen te verminderen

De Lijn en de stad Gent zoeken al een hele tijd naar manieren om het aantal valpartijen aan tramsporen te verminderen. In Gent bezeren zo’n 500 fietsers zich jaarlijks bij een val aan een tramspoor, volgens cijfers van de ziekenhuizen. Afgelopen herfst stelde De Lijn een proefopstelling op aan de stelplaats in Gentbrugge om er rubberen vulmiddel in de tramsporen uit te proberen. De eerste resultaten waren positief, de testcase gaat nu verder op een deeltje spoor dat ook echt gebruikt wordt. De Universiteit Gent zal verouderingsproeven uitvoeren om al na enkele maanden te weten hoe duurzaam het middel is als het verschillende jaren gebruikt zou worden. "We wachten nu op een 'go' van De Lijn om me de proeven te starten", zegt professor Ludwig Cardon van UGent. 

Het is nu al de bedoeling dat het proefspoor in Gentbrugge toont hoe het vulmiddel reageert op verschillende omstandigheden. Zo wordt onderzocht wat de impact is van het winterweer en strooizout. Ook de invloed van het tramverkeer zelf, onder meer de frequentie, zit mee in het onderzoek. De Lijn benadrukt dat het vulmiddel voor extra veiligheid zorgt, maar stelt ook dat het geen totaaloplossing is. 

Vlaanderen benadrukt dat het de onderzoeken ondersteunt. Het kabinet van minister Lydia Peeters (Open VLD) laat in een korte mededeling weten dat het blijft inzetten op de vernieuwing van de tramsporen. De stad nam intussen ook al een maatregel om het aantal fietsongevallen aan tramsporen te proberen te verminderen. Sinds vorige week staan er pijltjes en wegmarkeringen in straten waar ook trams rijden. Ze tonen fietsers de veiligste plaats om te rijden én geven ook aan hoe ze een tramspoor beter kruisen.